Historie is hot. Op steeds meer zenders zien we historische personages voorbij komen: van de sekscrazed Tudors tot zwijmelende Jane Austens. In navolging hiervan verbeelden Jonge Historici in deze nieuwe reeks het verleden. Melle Meijer bedacht een Tweede Wereldoorlogfilm waarin een geplande aanslag op een Duitser voor één keer wel goed uitpakt.
Als ik de stukken van mijn voorgangers in deze serie bekijk, kom ik tot de verbazingwekkende conclusie dat er nog geen enkele film bedacht is die gerelateerd is aan de Tweede Wereldoorlog. Zelf heb ik een enorme hekel aan die National Geografic-achtige documentaires over alle mislukte aanslagen die op Hitler zijn gepleegd. Het lijkt me daarom wel eens tijd om, met behulp van de bioscoop, een verhaal over een uiterst geslaagde verzetsdaad aan de man te brengen.
Het verhaal dat ik graag terug zou zien is dat van nazikopstuk Reinhard Heydrich, alias ‘de beul van Praag’. Dit verhaal is verweven met dat van Jozef Gabčik en Jan Kubiš, twee partizanen uit respectievelijk het huidige Slowakije en Tjechië, die een aanslag op Heydrich voorbereiden en uitvoeren. De codenaam voor deze onderneming was operatie Anthropoid, aangestuurd door de Tsjechische regering in ballingschap in Engeland. Zoals u zou verwachten leent de geschiedenis van Gabčik en Kubiš zich uitstekend voor een snoeiharde, uitermate spannende actiefilm.
De film begint, net iedere andere hippe actiefilm, bij het eind. Een birds eye view van Praag en vervolgens een shot van de kapotgeschoten Karel Boromejsky kerk in het licht van de opkomende zon. Dan nemen de beelden u mee naar het begin van dit verhaal: de jeugd van Heydrich. Omdat de kleine Heydrich zoon van een componist en een pianolerares is, staat muziek centraal in zijn jeugd. Naast een getalenteerd violist is de jonge Heydrich ook goed in sport en bovendien zeer intelligent. We volgen Heydrich op school, waar hij niet goed kan aarden en gepest wordt vanwege zijn hoge stem en vanwege de geruchten over zijn eventuele joodse afkomst. Dit laatste zal hem overigens zijn hele leven blijven achtervolgen. In zijn jeugd wordt Heydrich door zijn broers en zijn vader aangestoken met antisemitische en nationalistische sympathieën.
Na de scènes over zijn jeugd volgen we Heydrich door het begin van zijn carrière. We zien hem werken bij de marine, waar zijn arrogantie en ambities groeien. In dezelfde tijd ontmoet hij zijn toekomstige vrouw, Lina von Osten, terwijl hij al verloofd is met een andere vrouw. Heydrich kiest voor Von Osten, dan al betrokken bij de nazipartij, en vanwege het verbreken van zijn vorige verloving wordt hij ontslagen uit de marine. Via via komt hij terecht bij een nieuwe tak van de geheime dienst die is opgezet door Heinrich Himmler. Deze functie dient als springplank naar de top van het Dritte Reich. Het zou zonde van de slechts tweeënhalf uur film zijn om hier te gedetailleerd op in te gaan.
Een zwart scherm, en dan zijn we bij de uitbraak van de oorlog. Heydrich wordt in 1941 benoemd tot Obergruppenführer van de SS
en hij krijgt in dat jaar het protectoraat van Bohemen en Moravië toegewezen. Een jaar later speelt Heydrich een hoofdrol in de conferentie van Wannsee, waar een blauwdruk gemaakt wordt voor de entlösung van het Jodenprobleem. Intussen is ook het plan van operatie Anthropoid in werking gezet. Kubiš en Gabčik worden eind 1941, samen met zeven andere partizanen, gedropt in de buurt van Pilsen. Er is al een netwerk van contacten opgezet binnen de antinazibeweging in Praag. Bij deze contacten vinden de uitvoerders van Anthropoid onderdak en onderhoud. Het is ook hier waar de aanslag op Heydrich vorm krijgt. Er wordt getwijfeld om hem onderweg naar zijn huis te onderscheppen of om hem in een trein om te brengen. Uiteindelijk zien we dat er gekozen wordt om hem in Praag, in de buurt van het Bulovka ziekenhuis, in een scherpe bocht op te wachten. Door de bocht zou de cabrio Mercedes van Heydrich af zou moeten remmen. Dan zou Gabčik voor de auto springen en Heydrich door zijn hoofd schieten. In theorie een mooi plan…
Op 27 mei, 1942 om 10.30 uur komt Reinhard Heydrich in zijn cabrio, bestuurd door zijn chauffeur Klein, door de bocht gereden. De muziek, dramatisch als de mondharmonica in Once upon a time in the west, komt plots tot stilte als er een man voor de Mercedes van Heydrich springt. De kijker herkent Gabčik in deze figuur. Gabčik trekt zijn halfautomatische geweer en richt op Heydrich. The unthinkable happens… Gabčiks geweer weigert. Na een paar seconde abuis te zijn, trekt Heydrich zijn geweer met de intentie de aanvaller neer te schieten. Maar nog voordat hij daarvoor de kans krijgt komt Kubiš vanaf de andere kant in beeld. Kubiš gooit een aktetas naar de auto, met daarin een anti-tank granaat. Hij weet de auto niet te raken, maar de knal geeft Kubiš en Gabčik nog een laatste kans om Heydrich om te leggen. De kans wordt verspild omdat ze Heydrich, waarschijnlijk door de shock, niet weten te raken. Onze twee helden proberen te vluchten, maar Klein zet de achtervolging in. Ze weten hem uiteindelijk af te schudden, in de veronderstelling dat ze gefaald hebben. Niets blijkt minder waar. Heydrich overlijdt op 4 juni in het ziekenhuis aan zijn verwondingen.
Het laatste deel van de film staat in het teken van de meedogenloze represailles na de dood van Heydrich. Praag leeft in angst in deze paar weken. Er worden 13000 mensen opgepakt, waarvan er 5000 vermoord worden. Omdat geen enkel spoor leidt naar de daders dreigen de nazi’s met nog bloedigere represailles in de hoop dat iemand iets los zou laten. Uiteindelijk is het Karel Čurda, een van de partizanen die tegelijk met Kubiš en Gabčik gedropt is, die na arrestatie en ondervraging de namen en verblijfplaats van de verzetsstrijders zou verraden.
Dan breekt de slotscène aan. We zien dezelfde kerk als in het eerste shot van de film, alleen nu nog intact. Het is in die kerk waar Kubiš, Gabčik en hun soldaten zich hadden verscholen. In deze orgie van geweld zien we hoe 750 SS’ers proberen de partizanen levend uit de kerk te krijgen. Er wordt geprobeerd om ze uit de kerk te drijven met rook, met traangas en er wordt zelfs geprobeerd om de crypte waarin ze zich verschuilen onder water te zetten. Na een vuurgevecht van 2 uur (die om saving private Ryan-taferelen te voorkomen, niet langer dan 10 minuten mag duren) plegen de overgebleven partizanen, waaronder Gabčik, zelfmoord in de crypte. Met dit Shakespeariaanse slot zou ik de film graag laten eindigen.
Melle Meijer (1994), woonachtig in Utrecht en afkomstig uit het zonnige ‘s-Hertogenbosch, is een aanstormend talent in de geschiedwetenschap. Hij heeft binnen drie studieblokken zijn BSA gehaald en er wordt zelfs gefluisterd dat hij binnen één jaar zijn propedeuse gaat halen. Als Melle niet met z’n neus in de boeken zit, wat in de praktijk toch regelmatig het geval blijkt, tokkelt hij graag wat op zijn gitaar of is hij te vinden in de kroeg, in de club, in de disco of de pub.