Een komiek die schrijft over geschiedenis? Dat kan heel erg fout gaan. De Bart van Loos van deze wereld hebben heel wat onschuldige lezers een poets gebakken met hun bloemrijk geschreven en pover onderzochte geschiedenisboeken. Maar David Mitchell is uit ander hout gesneden. Wie altijd al iets over de koningen en koninginnen uit de Engelse middeleeuwen heeft willen weten, maar werd overweldigd door de schaal van het onderwerp en de stoffigheid van de boeken erover, is Unruly een uitkomst. Het is een boek waarin vertelplezier en informatiedichtheid elkaar nooit in de weg staan, maar juist naar nieuwe hoogten tillen.
Middeleeuwen
Er is iets vreemds aan de hand met de middeleeuwen: waar kinderen smullen van de spannende verhalen over ridders en koningen, haken we op latere leeftijd massaal af, zodra de boeken lijviger worden en de informatie betrouwbaarder. Saai is het tijdperk niet, verre van. Waarom bijten zelfs volleerde historici zich er dan op stuk? Een gebrek aan respect, brommen mediëvisten, jaloers opzij kijkend naar de populairdere Oudheid en Renaissance. Maar het PR-probleem van de middeleeuwen zit hem toch vooral in de door diezelfde mediëvisten opgediende taaie feitenbrij. We willen als lezer bij de hand worden genomen in dat wat drabbige tijdperk, maar in plaats daarvan worden we begraven in opsommingen van namen en jaartallen. Tegen de tijd dat er een keer leuke anekdote wordt opgediend, kijken we al scheel van verveling. Zonde, want wat hebben we vroeger een plezier gehad met onze houten zwaardjes.
Wat Unruly, een geschiedenis van Engelse vorsten, zo’n feest maakt om te lezen, is dat het dat kinderlijke middeleeuwenplezier vermengt met de inzichten en informatiedichtheid die een volwassen lezer verwacht. David Mitchell is dan ook de perfecte schrijver voor die combinatie. Denk aan een jongere versie van Stephen Fry: BBC-icoon, zeer welbespraakt, geliefd als komiek (vooral vanwege spelshow Would I Lie to You? en de legendarische Peep Show) én als allesweter. In Unruly laat Mitchell, van huis uit historicus, zien dat humor en inhoud elkaar kunnen versterken. In krap 400 pagina’s leert hij ons alles dat er te weten valt van de Angelsaksen tot aan Elisabeth I, en alsof dat nog niet knap genoeg is, is het nog leuk ook.
Bullebakken
Wie was eigenlijk de eerste Engelse koning? “Goede vraag”, luidt Mitchells antwoord. Willem de Veroveraar, waarschijnlijk, maar dat was een Fransman. Bovendien sprak hij geen Engels, en zag hij zichzelf toch vooral als de hertog van Normandië. Maar wie is het dan? Hoever moeten we terug? Arthur is een goede want ontzettend Engelse kandidaat, behoudens het feit dat hij niet bestond. Moeten we dan terug naar de Vikingen, de Angelsaksen, de bijna vergeten Britse vorsten? Mitchell weet het ook niet zeker, maar de kern van het tijdperk weet hij goed over te brengen: de geschiedenis van Engelse koningen tot aan Willem de Veroveraar zelf, is het verhaal van pestkoppen die streden om de titel van opperpestkop. De mystiek rondom al die kroondragers is onterecht, want hun glorie, aldus Mitchell, betekende vooral heel veel doden voor dom landjepik.
Zo begint de belangrijkste rode draad van Unruly: koningen zijn zelden of nooit exceptionele mensen, hooguit exceptionele bullebakken. Het waren en zijn gewone mensen in een uitzonderlijke positie; iets dat voor een land met Willem-Alexander als koning wellicht makkelijker te begrijpen is dan voor de Engelsen. Met kalmpjes toegepaste logica legt Mitchell koning na koning op het rooster, en laat zien wat een zinloos bloedbad ze er met zijn allen van hebben gemaakt. De één maakt een wat hulpeloze, overweldigde indruk; Henry VI, die na een verlies in de Honderdjarige Oorlog een jaar lang niet kon bewegen van de schrik, is een goed voorbeeld in die categorie. Anderen zijn psychopaten, zoals Edward I, die zo veel Schotten over de kling joeg dat hij min of meer de oorzaak van hun nationalisme is.
Iconoclast
Voor de Britten is het nationalisme springlevend, zoals we met Brexit hebben gezien. Hun geschiedschrijving is dan ook een stuk romantischer dan we soms zouden verwachten. Des te verfrissender is het om te zien dat Mitchell, in de traditie van Terry Jones, het aandurft om niemand te sparen. Richard Leeuwenhart? Niks geen nationale held: een Fransman, een barbaar, een moordzuchtige christenfundamentalist. Elisabeth I? Haar iconische overwinning op de Spaanse armada behaalde ze met een flink overtal, ze deed in de regel zo min mogelijk om maar niemand kwaad te maken, en haar roem berust eigenlijk voornamelijk op het feit dat er destijds zulke goede toneelstukken werden geschreven.
Aan anekdotes is in Unruly geen gebrek, en het boek is soms ronduit hilarisch. Maar Mitchell is ook een geweldige leraar met een gevoel voor wat de historische kern van een tijdperk is en waarom, en hij heeft écht iets over zijn onderwerp te zeggen. Hij citeert Shakespeares monoloog uit Richard II, waarin de koning stelt dat hij nooit écht een vorst is geweest: “you have but mistook me all this while. I live with bread like you, feel want, taste grief, need friends—subjected thus, how can you say to me, I am a king?” Unruly beschrijft de geschiedenis van Engelse koningen als één lange poging om die waarheid, de arbitraire aard van het koningschap, te verbergen. Zo rond het jaar 1000 begonnen de vorsten zichzelf daarom te kronen, en iets later begonnen ze een goddelijk recht te claimen, dat vervolgens erfelijk kon worden overgedragen. Maar toen Henry Tudor zonder enige logische reden het koningschap opeiste, was het toneelstuk voorbij. Dat maakt alle daaropvolgende koningen irrelevant, aldus Mitchell. Het woord was aan mensen die er wél toe deden, zoals zijn held Shakespeare, die hij overigens in de sitcom Upstart Crow heeft gespeeld. Koningen bemoeiden zich dan wel met de geschiedenis, maar waren nooit wat die de moeite waard maakte. Sterker nog, ze maakten hem meestal een stukje slechter.
Door Gijs van Engelen
David Mitchell, Unruly: The Ridiculous History of England’s Kings and Queens.
Crown Publishing Group, 2023. 448 pagina’s.
ISBN: 9780593728482
€23,99
Gijs van Engelen (1996) is historicus en literatuurwetenschapper. Hij schrijft voor De Zelfspodcast en Taalpolitie, en is bezig aan een roman.